dinsdag 15 juni 2010

De Franse slag

Dankzij het niet aflatende zendingswerk van mijn Betere Helft heb ik mij in de afgelopen jaren ontwikkeld tot een liefhebber van Franse zangers. Ik versta weliswaar geen snars van wat ze zingen, maar dat belet mij niet om enthousiast mee te hummen bij concerten. Zo waren wij vorig jaar van de partij toen Francis Cabrel in Parijs optrad. Cabrel is een beetje de Frank Boeijen van Frankrijk. Ingetogen en integer.

Waar Cabrel een vertolker is van mooie akoestische liedjes, daar is zijn collega Calogero meer een echte rockster. Hij is flamboyant, een beetje mysterieus, broodmager, heeft wel kapsones, maar ook een dijk van een stem. Ik had kaartjes bemachtigd voor zijn gig in Brussel, afgelopen november. Uitgerekend toen besloot mijn CPU een 404 Not found error af te geven. Dat feestje ging dus helaas niet door.

Maar afgelopen zondag kwam de herkansing. We trokken absolutely psyched naar Brussel. Een stelletje opgewonden tieners. Eindelijk zouden we dan Onze Held in het echt zien. Maar het liep even anders. 

Tijdens het eerste nummer keken Betere Helft en ik elkaar met opgetrokken wenkbrauwen aan. Dit klonk niet zoals het hoorde. Sterker, het klonk als het gebrom van een kapotte vuvuzela. Calo sprak het publiek toe en al snel hoorde ik een ontzet ‘Oooohh!’ door de zaal rollen. Betere Helft vertaalde: ‘Hij heeft een stemprobleem en zegt dat we het vanavond sámen moeten doen.’

Na 4 nummers verlieten we het pand. Hevig teleurgesteld. Het treurige gemompel was niet om aan te horen. We gaan het nog eens meemaken. Dat het een keertje wel lukt. Dat niemand ziek, zwak of misselijk is en we het perfecte Calogero-concert voorgeschoteld krijgen. Maar voorlopig houd ik het even bij een andere Franse ster.

Geen opmerkingen: