dinsdag 23 maart 2010

Eikel

Mijn zoon van 10 was toe aan het man-tot-man-gesprek dat ik al een tijdje uitstelde. Onderwerp: persoonlijke hygiëne, oftewel, het schoonhouden van je dinges. Ik zag er een beetje tegenop, een zogenaamd luchtig gesprek voeren met de woorden ‘ballen’, ‘eikel’ en ‘voorhuid’. Maar dit kon ik natuurlijk niet aan anderen overlaten. En dus stapten we afgelopen weekend voor de verandering weer eens samen onder de douche. Al snel bleek er geen enkele reden voor mijn aanvankelijke terughoudendheid te zijn.

‘Je moet dus  je, eeh, ballen wassen..’, begon ik.
‘Mijn noten’, onderbrak hij me ferm.
‘Nou, laten we het bij ballen houden’, zei ik.
Ik bespeurde een zekere gretigheid. Volgens mij dacht hij dat ik hem allerlei duistere geheimen zou onthullen.

We waren bij het meest precaire deel aanbeland.
‘Eikel!?’, riep hij lachend.
‘Ja, zo heet het nou eenmaal’, zei ik, schaapachtig meelachend en blij dat ik hem in elk geval nog íéts kon leren.

We droogden ons af.
‘Er zijn dus eigenlijk 3 betekenissen voor het woord eikel’, zei ik grappend. ‘Je hebt de eikels van Knabbel en Babbel, eikels zoals…’
‘Zoals Geert Wilders?’, opperde hij.
‘Dat is inderdaad een prima voorbeeld’, antwoordde ik. ‘En dan heb je deze dus nog.’

Al met al had ik het niet slecht gedaan, vond ik. Ik vroeg me af of ik me dit moment later nog zou kunnen herinneren. Bijvoorbeeld bij zijn afstuderen, of op zijn trouwdag.

Mijn zoon liep de badkamer uit. 'Er zijn drie soorten eikels', hoorde ik hem nog zeggen.

woensdag 17 maart 2010

De lente is begonnen. Maar nu echt.

Je kon er op wachten natuurlijk, en we moesten er ook op wachten. Best wel lang. Maar nu is het dan zo ver. De lente is begonnen. Tralala en joehoe.

Krokusjes uiteraard –maar dat is waarschijnlijk niemand ontgaan. Het wollen vest waarin ik het afgelopen halfjaar zo’n beetje heb gewoond, voelt ineens zo wárm. Mensen zitten op houten bankjes in de zon.

Ik voel me scherp en alert en het valt me ineens op dat dezelfde jongen die op mijn sjieke sportschool BN’ers pijn laat lijden tijdens het buikspierkwartier, mij bij Albert Heijn vertelt waar ik de aardappelpuree kan vinden.

In de gracht voeren 4 mannetjeseenden een bittere strijd om de gunst van 1 vrouwtje. Er loopt een jongen op straat met een cool t-shirt van Wickie de Viking. Ik help een buurvrouw (níét Bibi) met het naar binnensjouwen van een mega-zak potgrond.

Ik ga een goeie fles rosé koudzetten voor als mijn meisje straks thuiskomt. Die drinken we dan op en we denken even niet alle ellende op de wereld.

We vieren het begin van de lente.

maandag 15 maart 2010

Het poezenmevrouwtje

Het afgelopen weekend schoten wij behoorlijk uit onze slof, door al wandelend 50 kilometer af te leggen op het Maarten van Rossumpad. Nee, niet de knorrige historicus en Amerikadeskundige, maar een 15de eeuwse schurk die plunderend en rovend Gelderland onveilig maakte. En ja, na 50 kilometer heb je behoorlijk ‘pijn in de stokskes’, zoals mijn Betere Helft het zo treffend uitdrukte.

Onderweg zagen wij:
- 3 roofvogels
- Marc Overmars en Paul Bosveld, die verveeld voor zich uit keken bij Partycentrum & Eetcafé De Middenstip
- 2 foeragerende ooievaars
- een ree
- een heleboel bordjes met de tekst Let op! Opdooi
- een koppeltje futen (die ik kon identificeren dankzij mijn Nieuwe Zakgids Vogels)
- een poezenmevrouwtje

Het poezenmevrouwtje lijkt te zijn weggelopen uit Man Bijt Hond. Haar grijze haar is geel uitgeslagen door nicotine. Ze heeft een grote dopneus vol mee-eters en draagt een vuil en versleten gewatteerd jack. Maar het meest opvallend zijn natuurlijk de 18 katten die om haar heen draaien. Die vermaken zich zo te zien best. Net als het vrouwtje zelf trouwens.

Er is er één die zich niet vermaakt. Een afgetobte, oude cocker spaniel die er suïcidaal uitziet. Het hondje van het poezenmevrouwtje.

vrijdag 12 maart 2010

Tuinieren met Bibi

Op de Baarsjesweg werd vandaag een rij bomen met groot materieel bruut uit de grond gerukt. Ze zijn daar al een tijdje bezig met de zogenaamde herinrichting. Ik vermoed dat voor bomen geen plaats was in het  nieuwe bestemmingsplan. Of zoiets. Het groen werd eerst in overzichtelijke stukken gezaagd en verdween vervolgens in een gigantische houtversnipperaar. Daarop stond met grote letters te lezen: Boomverzorging. Ooh, heet dat zo, dacht ik.

Weet u wie ook een fanatieke boomverzorger is? Mijn buurvrouw Bibi. Haar tuin ziet er sowieso heel verzorgd uit, maar voor boomverzorging heeft ze een zwak. Haar snoeischaar is bijvoorbeeld bijna net zo groot als Bibi zelf.

Tot een paar jaar geleden stond er een werkelijk prachtige Japanse kers in Bibi’s tuin. Ik complimenteerde haar er meermaals mee. Reikhalzend keek ik uit naar de week waarin de boom in bloei stond. Wist u trouwens dat in Japan veel mensen juist in die week vrij nemen? Gaan ze met hun geliefde naar de bloesemtuinen. Romantisch toch?

Maar goed. Toen mijn Betere Helft en ik een paar jaar geleden terug kwamen van vakantie was de boom verdwenen. Bibi had hem heel sneaky tijdens onze afwezigheid omgezaagd. ‘Ach, die boom’, zei ze. ‘Die blaadjes geven zo’n rommel, en hij bloeit maar een paar dagen.’ Toen heb ik haar een jaar genegeerd.

Vanmiddag zag ik Bibi weer in haar tuin scharrelen met de snoeischaar. Heb nog niet gekeken, maar vrees het ergste.

woensdag 10 maart 2010

Ingehaald door het verleden

Al sinds halverwege de jaren 80 zoek ik een plaat. Maar muziek laat zich soms moeilijk vinden als je niet weet hoe het nummer heet en ook niet van welk album het komt.

Gisteren peddelde ik in een beetje landerige stemming naar wat toch mijn favoriete adres is, namelijk Utrechtsestraat 52 -60. Alwaar de beste winkel van het universum gevestigd is, de firma Concerto (anno 1955). Het was nog vroeg en de zaak bijna leeg toen ik binnenliep. Er liep een koude rilling over mijn rug van de muziek die vanuit de vinyl-afdeling mijn kant op waaide.

Ik was in één klap terug in 1983. Een onzekere, boze,  in het zwart geklede tiener met raar haar. De stem van Elizabeth Fraser. Ik vroeg aan de verkoper wie ik hoorde, maar ik wist het antwoord al. Hij liet me een hoes zien die mij totaal onbekend was. Telkens als ik in de afgelopen decennia toevallig tegen een plaat van Fraser aanliep, checkte ik of het degene was die ik zocht. Nooit het geval. Maar nu zei een stemmetje tegen me: dit is ‘m!

Ik kocht de plaat meteen. Zonder af te wachten wat er nog meer op stond. En dus fietste ik even later in een heel andere stemming weer naar huis. Verwachtingsvol, maar onzeker. Eigenlijk precies zoals ik me voelde in ’83. Thuis zette ik de plaat op. Het was hem.

Noem me een freak. Maar dit is de plaat waar ik een kwart eeuw naar op zoek was.

maandag 8 maart 2010

Linkse prietpraat

Iemand die heel veel weerzin bij mij oproept is Sietse Fritsma. Een maand geleden had ik nog nooit van die vent gehoord en hij staat nu al in mijn irritatie-toptien. Toch knap, want je moet van goede huize komen om je daarin een plekje te verwerven. Het is een select gezelschap met illustere namen. Ik noem een Patty Brard, een Wesley Sneijder, een Maurice de Hond. Om even aan te geven wat voor zwaargewicht Sietse is.

Deze ongelooflijk zelfingenomen kale patjepeeër met zijn Peek & Cloppenburgpak zegt dingen als: ‘Waarom moet Jan Modaal betalen voor een elitegezelschap dat een tromboneclubje bezoekt?’ Dan gaat het over een orkest van internationale klasse.

Een tromboneclubje. Ik schaamde mij plaatsvervangend voor alle hardwerkende musici. Je kunt natuurlijk ook zeggen dat in deze tijden van crisis er zorgvuldig gekeken moet worden naar de verdeling van subsidiegelden. Of dat je vindt dat grote orkesten voor een breed publiek toegankelijk moeten zijn. Maar dat scoort natuurlijk niet bij de aanhang. Die wil ferme taal waarin vooral veelvuldig wordt gerefereerd aan onze belastingcenten die worden uitgegeven aan linkse prietpraat.

En ondanks dat Geert zelf heeft aangekondigd in de Haagse gemeenteraad zitting te willen nemen, gloort er toch een sprankje hoop voor Den Haag. Ik heb het over Jeltje van Nieuwenhoven, die ijzig kalm bleef toen Sietse schetterde dat de PVV de gevestigde politieke orde ‘helemaal gek’ ging maken. Meneer Fritsma kent mij geloof ik nog niet zo goed, zei Jeltje met een minzaam glimlachje. Ik kreeg ondanks alles een beetje medelijden met Sietse.

woensdag 3 maart 2010

Niks

Het is een dag van niks, vandaag. Ik wil van alles, maar intussen is het half 5 en ben ik nog steeds aan het niksen. Ben nog wel gaan stemmen, op D66. Eigenlijk ook een partij van niks, maar ze houden hun hoofd tenminste een beetje koel in deze hysterische tijden.

Tijdens mijn middagdutje vandaag –het leek trouwens meer een winterslaap - droomde ik over een gigantisch grote baby. Minstens zo groot als ikzelf. De baby had een knalgeel rompertje aan en ik kneep keihard in zijn neus. De baby reageerde erg voorspelbaar, hij begon te huilen. Ik probeerde hem tevergeefs tot bedaren te brengen. Is er iemand in de zaal die dromen kan duiden? Ik snap hier in elk geval niks van.

Eigenlijk wilde ik vanochtend iets schrijven over het begin van de lente, maar het was zwaar bewolkt hier en dan word het met dat lentegevoel natuurlijk ook niks.

Misschien moet ik even ontspannen...

maandag 1 maart 2010

Hoofddoekje

Truth is stranger than fiction. Een waarheid als een koe. Die foute wissel bijvoorbeeld. Dat zou toch volkomen ongeloofwaardig zijn in een boek of filmscenario? Nog zoiets. In Almere zal het hoofddoekjesverbod het belangrijkste thema worden bij de formatiebesprekingen na de gemeenteraadsverkiezingen. Het zal wel erg goed gaan in die stad als dat het grootste probleem is. Intussen worden mensen bedreigd die een anti-Wilders poster voor hun raam hebben hangen.

Homo’s die ter communie willen gaan wordt dat door een katholieke priester geweigerd. Erg schokkend en vernederend. Tegelijkertijd probeert de kerk systematisch misbruik van jonge misdienaartjes te verdoezelen, weg te moffelen, te bagatalliseren.

Ik doe tegenwoordig vaak –op dokersvoorschrift- een middagdutje. Tijdens mijn slaapje vandaag had ik een droom. Dat ging ongeveer zo:

“Moet je dit hoofddoekje nou zien. Helemaal onder de Wilders. Dat krijg ik er nooit meer uit!”
“Géén zorgen. Met de speciale Wildersverwijdertechnologie van Femke verwijder je zelfs de meest hardnekkige Wilders.”
“Inderdaad! Geen Wilders meer te zien”
“Vertrouw Femke, vergeet Wilders”

Als ik wakker word besef ik dat het helaas maar een droom was. Ik zet een bakje koffie en staar naar buiten. Daar loopt een oude, grijze man met hele witte kuiten de straat uit. Hij draagt versleten sloffen en heeft een groene badjas aan.

Truth is stranger than fiction indeed.